Vandaag verlaten we Kirgizstan. We nemen afscheid van onze leuke hostel in Tamga en kopen er nog enkele souvenirs voor het thuisland. We rijden het meer verder zuidwaarts af en in Karakol slaan we af om de grensovergang te nemen in het Noordoosten. In Tup rijden we de afslag naar de grens voorbij om nog te gaan eten aan het meer.
Na ons middageten rijden we een klein stukje terug tot aan de afslag en daar staat godbetert toch wel een politiecontrole. De richtingaanwijzers zijn reeds aangestoken naar links om de afslag naar de grens te nemen, onze lichten branden, we rijden niet te snel maar worden toch aangemaand rechts van de baan halt te houden tussen een paar andere ongelukkige zielen. Zelfde scenario als anders, papieren van de auto en rijbewijs. Als we vragen wat het probleem is worden de papieren aan de volgende flik doorgegeven. Deze stelt zich nogmaals voor als zijn agent (dat hadden we echt niet gezien aan zijn uniform en auto), maar opnieuw krijgen we geen antwoord op wat het probleem juist is. Papieren gaan naar de officier, waarschijnlijk omdat hij de meest creatieve is bij het uitvinden van problemen.

Eerst kijkt hij nog even of we niet te rap reden, maar dat is niet het geval. Dan begint hij te zagen over het feit dat onze nummerplaat niet in grote letters op de achterkant van de Mog staat. Eerst gebaren we van krommen aas en verstaan niet wat hij bedoelt maar dan komt Fietje met het geniale idee dat dit enkel voor commerciële voertuigen is. Eerst twijfelt hij nog maar dan begint Fietje met de beweren dat we dit voor vertrek hebben gevraagd bij de ambassade en dat ze ons verzekerd hebben dat dit niet nodig was. Oef, dit slikt hij. Maar we zijn er nog niet van af, nu zijn de led verstralers vooraan aan de beurt, hij haalt er zijn boekje bij dat toevallig openvalt op de pagina met een fotootje die dat moet onderstrepen. Ook hier kunnen we ons uitpraten, we tonen dat die lichten helemaal niet werken met de rest van de lichten. Volgende is dat ik mijn rijbewijs moet kunnen vertalen, gelukkig heb ik gisteren net gelezen dat de vertaling van je rijbewijs eigenlijk in je internationaal rijbewijs staat. Dus ook hier kan hij niets op zeggen. Terug naar de lichten, ik moet ze verwijderen zo vlug als we thuis zijn. Dat beloof ik plechtig te doen, geef hem een hand, neem ondertussen onze papieren terug en zo vlug als we kunnen vertrekken we voor hij nog iets nieuws uit zijn hoed tovert.
De hoge bergen nemen gestaag af en het landschap verandert in een glooiend groen tafereel, wederom met Yurts en hun vee. Het is er heel erg verlaten en 37 km voor de grens gaan we op gravel rijden.
De grensovergang verloopt zeer vlot, het is een kleine post die vooral door toeristen gebruikt wordt. We ontmoeten er Koreanen, een Japanner, een Griekse motard en hadden langs de weg ook al fietsers gezien die uit Kazachstan kwamen.
Kyrgizië is een prachtig land want naast de met sneeuw bedekte bergen heb je er heel veel groen. Net of er werd een dik groen tapijt over het land gelegd dat bovenaan de bergtoppen even werd doorgetrokken zodat de punten boven het tapijt uitsteken. En er is veel water: rivieren, meren hetgeen het vakantiegevoel hier wat doet oplaaien. Er is veel vee dat met veel zorg wordt gehoed. De bevolking bestaat uit etnisch Russen (die hier vooral handel drijven) en de Kyrgiziërs (eerder veeboeren). Een beetje in tegenstelling tot de Tadjieken, zijn Kyrgiziërs iets meer teruggetrokken tegenover toeristen en er heerst (naar mijn gevoel) een hoger machogehalte bij de mannen.
Beetje vervelend en vermoeiend waren de politiecontroles en de uitgebreide discussies die ermee gepaard gaan. Maar goed, dit staat ons blijkbaar ook te wachten in Kazachstan.
We rijden de grens over en overnachten in het eerste dorp Kegen, vlakbij de moskee. De hemel is ondertussen volledig dichtgetrokken en het regent pijpestelen. We kruipen vroeg gezellig onder de wol terwijl de regen buiten tekeer gaat.